Hoe noem je iemand van adel?
Deze titels kunnen zijn, van laag naar hoog: ridder, baron, burggraaf, graaf, markies, hertog, prins. Adellijke personen zonder titel dragen het predicaat jonkheer of jonkvrouw. Zij behoren wel tot de Nederlandse adel, maar hebben geen titel. Lees verder »
Hoe adellijke titel vermelden?
Voor een baron luidt die formule Hoogwelgeboren heer baron en voor een barones Hoogwelgeboren vrouwe barones. Bij brieven aan adellijke personen schrijven we in het adres de volledige naam na de titel. De titel krijgt dan een hoofdletter omdat die het eerste woord van de regel is. Lees verder »
Hoe herken je iemand van adel?
Je bent van adel als je afstamt van een vader die van adel is en die bovendien dezelfde achternaam heeft als jij, omdat titel en predikaat met de achternaam verbonden zijn en adeldom alleen in de mannelijke lijn kan worden doorgegeven. Lees verder »
Hoe spreek je een ridder aan?
Om een ridder aan te spreken, gebruiken we meestal de gewone aanspreekvorm meneer. In protocollaire of erg plechtige situaties kunnen we in de aanspreekvorm ook de adellijke titel gebruiken. Die formules schrijven we ook in de aanhef van een brief. De titel ridder wordt met een kleine letter geschreven. Lees verder »