Is gereisd met een d of t?
Kijk naar de laatste letter van de stam: is dat een medeklinker uit 't kofschip? Zo ja, dan schrijf je het voltooid deelwoord en de verleden tijd met een t: werkte – gewerkt. Zo nee, dan schrijf je een d: reisde – gereisd. Lees verder »
Hoe weet je of het d of t is?
Er is ook een trucje om te achterhalen of u aan het eind van het voltooid deelwoord -t of -d moet schrijven. U kunt daarvoor vergelijken met de verledentijdsvorm. Als die op -de(n) eindigt, krijgt ook het voltooid deelwoord een -d. Als de verledentijdsvorm op -te(n) eindigt, krijgt ook het voltooid deelwoord een -t. Lees verder »
Is kofschip met D of T?
De medeklinkers uit 't kofschip, dus de t, k, f, s, ch en p, helpen je te bepalen of een zwak werkwoord de uitgang -te of -de krijgt in de verleden tijd. De uitgang -te wordt toegevoegd aan werkwoorden waarvan de stam (= het hele werkwoord zonder de uitgang -en) eindigt op een van die medeklinkers uit 't kofschip. Lees verder »